zaterdag 15 juni 2013

Kaas!

Op m'n brood, over een ovenschotel, door m'n omeletje, raclette, soufflé, fondue, kaas. I love it. Als kind was ik erg kieskeurig over mijn kaas, die mocht alleen gesmolten zijn óf het moest Parmezaanse kaas zijn. Maar nu, als ik eenmaal begin met kaas eten ben ik niet meer te stoppen. Ik heb mezelf denk ik expres voorgehouden dat ik niet van een kaasplankje na de maaltijd hou maar ik heb mezelf verraden. Oh, kaas, je bent ook heerlijk als borrelhapje op toastje. En als je in blokjes bent gesneden op een proefbordje in de supermarkt, mjam. Of ik pak stiekem een stukje van jou, kaas, als er niemand kijkt in de keuken. Stiekem ben je ook heel lekker.
Eindeloze combinaties kan ik maken met kaas. En ik kan ook eindeloos kaas eten. Het is zo'n smaak die je niet snel gaat tegen staan, je blijft maar eten en eten. Gelukkig ben ik niet de enige kaasfanaat. Mijn grote zus behoort toch wel tot één van de kazigste kaasfanaten die ik ken. Je kan wel zeggen dat kaas tot één van haar passies behoort. Dat vind ze zelf ook. En inmiddels weet iedereen het ook. Dat kan ook haast niet anders als je een presentatie voor de klas moet geven over je passie, en je hebt het alleen maar over kaas. Ik snap dat wel.
Kaas kan ook altijd, en overal. Als sausje, als blokje, als plakje. Of zoals ze in Zwitserland doen gewoon als hoofdmaaltijd. Woonde ik maar in Zwitserland waar de kaasvoorraad oneindig lijkt.

Behalve brie. Dèh lus 'k nie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten